Muziek in school
Muziekles en digibord; voor de één een lastige combinatie maar voor Helga Boekestijn een uitdagende mogelijkheid om muzikale activiteit en creativiteit een impuls te geven en kinderen te laten ervaren hoe het is om muziek te maken.
Een methode wil ze haar website zeker niet noemen. Ze ziet het meer als een voorraad lesmateriaal waaruit leerkrachten en vakdocenten van het basisonderwijs en soms ook de onderbouw van het voortgezet onderwijs kunnen putten.
Samen musiceren staat in bijna iedere les centraal. De instrumenten waarover veel basisscholen beschikken, staan maar al te vaak ongebruikt onder het stof. Wat moet je ermee? En hoe doe je dat dan?
Leerkrachten ontbreekt het vaak aan didactische vaardigheden om instrumenten te gebruiken in de klas. En, o help, het maakt ook zo’n lawaai! Maar hoe kun je dan ooit ervaren hoe het is om muziek te maken?
Het lesmateriaal is het resultaat van Helga’s manier van werken. Een divers palet aan werkvormen en muziekstijlen. Kinderen spelen van digibord.
De behangrol
Helga Boekestijn gaf al jaren muziekles in het basisonderwijs. als ze binnenkwam met een kist instrumenten waren de leerlingen altijd enthousiast, want dat betekende dat ze ècht muziek gingen maken. Zelf.
Daarbij gebruikte ze ook wel eens een behangrol met uitgetekende meespeelpartituur, die ze uitrolde en op het bord hing. De leerlingen konden daarop precies zien wanneer ze moesten meespelen met het geluidsfragment.
Rond 2010 verschenen de eerste digiborden in de school en ook de boomwackers raakten in zwang. En omdat Helga bezig was met een studie 'Onderwijs en moderne media' kwam het idee in haar op om de mogelijkheden van het digibord in combinatie met muziek te onderzoeken.
Ze probeerde diverse werkvormen uit, maar herinnerde zich ook de behangrollen van vroeger. Zo’n aanpak, meende ze, bood mogelijkheden voor het digibord. Zo ontstond haar afstudeeronderwerp: 'Muziekles met het digibord: een verrijking?'
Het doel van muziekles met digibord was niet om het digibord de les over te laten nemen en leerkracht en leerling consumptief te maken, maar om op een actieve en afwisselende manier handreikingen te bieden. Zo konden de leerlingen nog meer de ervaring beleven van het zelf muziek maken.
En niet alleen dat, Helga wilde ook dat de leerkracht zich competent zou voelen om de les te geven mèt instrumenten.
Website
De meespeelpartituren die Helga gaandeweg het proces van onderzoek ontwierp, kwamen op haar eigen website terecht: www.muziekinschool.net. ‘als het de leerlingen ten goede komt en de muzieklessen verrijkt, dan mag iedereen daar gebruik van maken. Laat iedereen er maar van genieten’, was haar nobele gedachte.
Na verloop van tijd werd haar website steeds vaker bezocht. Niet alleen door collega-muziekdocenten, maar ook door instellingen, scholen, leerkrachten, en studenten van pabo en conservatoria. Het maken van de lessen is een tijdrovende klus en de vraag rees: zal ik stoppen of ga ik professioneel?
Ze koos voor het laatste, en dat betekende niet alleen dat de lessen alleen voor abonnees zichtbaar zijn, maar dat Helga zichzelf ook committeerde aan een professionele inhoud van de site, zo zegt ze zelf.
Ze kijkt naar evenwicht tussen de lessen en doelgroepen en zorgt dat er regelmatig nieuwe dingen op komen. Ook blijft ze nadenken over vernieuwingen binnen de lessen en mogelijkheden van het digibord.
Iedereen die nieuwsgierig is naar lessen kan rondkijken op haar site. Er zijn voor alle doelgroepen lessen die vrij toegankelijk zijn. Ze geven een goed beeld van haar manier van werken en toepassing.
Overigens kost een abonnement voor de online muzieklessen geen vermogen. Voor 50 euro per jaar kun je direct aan de slag en heb je toegang tot zo’n 30 lessen. Dit aantal neemt alleen maar toe, want er komen regelmatig nieuwe lessen bij. Studenten krijgen korting.
Flow
Het samen muziek maken en zoals Helga zelf zegt: “de flow van muziek ervaren door actief te musiceren”, ervaren veel leerkrachten nog vaak als drempel. Bijna geen enkele school beschikt over een orkest waar je deze ervaring op kunt doen.
Buiten dat vergt het jarenlange oefening voordat kinderen het niveau op een instrument hebben gehaald waarop je kunt spreken van een ‘flow’. Door gebruik te maken van digitale meespeelpartituren is het eenvoudig om over die drempel heen te stappen.
Juist het gebruik van middelen die al op een school aanwezig zijn, zoals een digibord en het veelal aanwezige schoolinstrumentarium, maken de lessen toegankelijk. Het is een kwestie van ‘gewoon doen’. Niet in de zin van ‘ik zet een filmpje aan en doe maar mee, zet ‘m op’, maar juist door de afwisseling in werkvormen waarbij Helga Boekestijn de online-les een kapstok is.
“Een orkestlid heeft ook een muziekstuk voor z’n neus, maar moet nog steeds zelf de muziek maken. in plaats van het gekopieerde blaadje of de behangrol waarop de leerlingen meekijken met de partituur heb je nu het digibord en daarmee ook een klassikale focus.”
Omdat je als leerkracht niet meer hoeft aan te wijzen waar je bent, houd je letterlijk je handen vrij om rond te lopen en leerlingen te begeleiden daar waar nodig. “Het ziet er aantrekkelijker uit, en er zit altijd wel ergens een grapje in verwerkt.”
Die humor houdt de lessen verrassend en speels, precies zoals Helga dat zelf ook is. Niet alleen het kennismaken met, beluisteren en meespelen of zingen ván is in iedere les verwerkt; Helga koppelt er ook vaak een ontwerpopdracht aan.
Door middel van een duidelijke omschrijving van de opdracht op het digibord en tips voor de docent kunnen leerlingen zelf aan de slag. Ontwerpen heeft, evenals spelen op instrumenten, vaak een hogere drempel dan bijvoorbeeld zingen. De verschillende onderdelen van de lessen voorzien in de behoefte die drempel te verlagen.
Lesgeven
Het lesgeven aan de hand van ‘muziek in school’ vergt dus wel degelijk een goede voorbereiding. Er zijn geen instructiefilmpjes waarin het beeld de rol van de docent overneemt. De leerkracht is zelf actief.
In de beginjaren van de website was er überhaupt geen docentenhandleiding. toch kreeg Helga hier nooit vragen over. Blijkbaar waren de lessen, gezien het aantal bezoekers van de site, duidelijk genoeg. Een grappige constatering als je dat vergelijkt met vaak uitgebreide docentenhandleidingen bij andere lessen of methodes.
Sinds 2016 zijn er wel bij iedere les tips en informatie voor de leerkracht. Bewust noemt Helga het geen handleiding, want dat zou het naar haar idee minder laagdrempelig maken.
Ze benadrukt ook dat het geen afgetimmerde methode is, maar een voorraad lesmateriaal. Dat houdt het flexibel en ieder kan het op zijn eigen manier gebruiken. De gebruikers zijn ongeveer evenredig verdeeld tussen groepsleerkrachten en vakleerkrachten.
Min of meer toevallig ontstaan, maar nu een bewuste keuze, is het niet gebruiken van een format of uniforme tekens.
“Het zou er alleen maar ‘saai’ van worden doordat er voor de leerlingen niets meer te ontdekken valt aan het lesmateriaal. De ene keer is een rondje de trom en de andere keer de stamp op de grond. Elke keer is het weer opletten en dat houdt iedereen bij de les.”
De laatste tijd probeert Helga de speelpartijen zo te maken dat de leerlingen niet de hele tijd wachten op die ene ‘tik’ die halverwege de partituur mag worden gespeeld, maar dat ze meerdere instrumenten bespelen door ze op een goede manier af te wisselen. Hierdoor krijgen de leerlingen nog meer te doen.
Toekomst
Het digibord is inmiddels gemeengoed geworden op de scholen, maar in de muziekles wordt het nog nauwelijks gebruikt.
Feit is wel dat het gebruik van digiborden een veel grotere didactische verandering teweeg heeft gebracht dan de intrede van de computer. Deze stond vaak ergens in een hoekje of op de gang. Leerlingen mochten er bij toerbeurt gebruik van maken.
Het digibord heeft echt een andere manier van lesgeven teweeggebracht. Nu zijn er op sommige scholen al tablets voor iedere leerling. Dat biedt ook weer vernieuwingen voor de online-muziekles.
Tot nu toe en voorlopig sluiten de lessen van Helga nog prima aan op de vraag van docenten. Wel is ze steeds op zoek naar mogelijkheden om de lessen nog toegankelijker en uitdagender te maken. Zo worden bijvoorbeeld bij de tips aan de docent ook kleine oefeningen, zogenaamde energizers, aangeboden waarmee je buiten de muziekles om aan de slag kunt.
Een wens is om ook digitale ontwerptools aan te kunnen bieden, zodat je ook kunt componeren met eenvoudige middelen.
Helga zit vol ideeën. Ze heeft alleen de tijd nodig om die uit te werken. Ondertussen maken al veel leerkrachten gebruik van haar materiaal. “Een muziekles zie ik het liefst chaordisch oftewel met chaos binnen structuur. Doordat er structuur is, namelijk de les op het digibord, ontstaat er de vrijheid om speels en creatief te worden.”
Lessen maken
Het maken van de online-lessen is een tijdrovende klus. De tijd zit ‘m vooral in het maken van de meespeelpartituur. Net zoals bij een gewone partituur is er in de meespeelpartituren te zien hoe de muziek verloopt, alleen worden er dan geen noten, maar grafische tekens gebruikt.
Die grafische tekens maakt Helga in een tekenprogramma zichtbaar. Daarna voegt zij in een filmprogramma geluiden toe aan de muziek waardoor je kunt horen welk geluid of ritme de leerlingen bij de muziek moeten spelen. Steeds maar weer luisteren om in de gaten te houden of alles synchroon loopt.
Ook brengt Helga dikwijls nog niveaus aan, door bijvoorbeeld verschillende tempi aan te bieden. “Het muziekstuk moet je heel zorgvuldig behandelen, zodat het overeind blijft en niet door alle toevoegingen ten onder gaat.”
Daarna volgt het uitwerken van de les, het afwerken en de vormgeving. Op de vraag hoeveel tijd het kost om één les te maken kan Helga geen antwoord geven: “Geen idee eigenlijk. in ieder geval heel veel.”
Ze heeft bewust gekozen voor een website. Hierdoor kan iedereen de lessen gemakkelijk gebruiken. Scholen zitten doorgaans niet wachten op het downloaden van een programma alvorens ze aan de slag kunnen.
Hoewel software wat meer mogelijkheden biedt om het lesmateriaal interactief aan te bieden doordat je ergens op kunt klikken of dingen kunt verschuiven, is die interactie vaak ook alleen beperkt tot de leerling of leerkracht die op dat moment voor de klas staat.
Helga wilde graag méér interactie, wat met de website mogelijk is. Een ander voordeel van een website is de mogelijkheid steeds nieuw materiaal toe te voegen die abonnees direct kunnen gebruiken.